Overdenking zondag 12 april – Pasen

Liederen bij de viering van Pasen:

 

U zij de glorie

You raise me up (Op het wereldwijde web zijn er verschillende versies te vinden)

Sela – ‘doop’ https://www.sela.nl/liederen/76/doop.html

Sela –  ‘Ik leef door te sterven’;  https://www.sela.nl/liederen/191/ik-leef.html

Sela, ‘De Heer is je schild’; https://www.sela.nl/liederen/10/mijn-toevlucht-psalm-91.html

Liedboek: 169 de koning van Egypteland

Liedboek: 641 Jezus leeft en ik met Hem

 

De Heer is echt opgestaan. Hij is dood geweest en Hij leeft. Dat is waar we vandaag aan denken. Zijn dood heeft ons gisteren stilgezet. Zijn opstanding zet ons weer in beweging. Symbool van de opstanding is het lege graf, dat niet echt leeg is. Als de leerlingen er komen en er gaan kijken, zien ze de windsels liggen. En de hoofddoek aan de kant.

Het gaat vanmorgen over tekens en symbolen. Wat tekens en symbolen ons zeggen. Maar vooral wat ze jou zeggen. Niet om die betekenis voor jezelf te houden. Het is om te delen. Elkaar mee te nemen. Wie? De mensen om je heen. Je medegelovigen, maar ook je dorpsgenoten. Je collega’s, je familie en je vrienden. Juist nu missen we het delen.

Lezen:

Exodus 12: 21-28

Het eerste teken is bloed.

Bloed is leven. Bloed stroomt door je aderen. Als je een wondje hebt, komt het naar buiten. Maar als het goed is, stolt het snel. Maar je moet geen stolsels in je aderen hebben. Dat werkt niet goed. Bloed stroomt door je hele lichaam. Je moet een goede doorbloeding hebben. En het hart is de pomp, die daarvoor zorgt.

Vandaag kan je aan het bloed zien, of iemand ziek geweest is. Of er afweerstoffen zijn. En bloedplasma wordt als medicijn aan een patiënt gegeven om hem beter te maken. Bloed is van levensbelang.

In Israël mocht je dan ook geen bloed eten. Al het bloed moest er uit. Ook van het lam, dat ze klaarmaken in de nacht van Pesach. In Egypte hebben ze het bloed aan de deurposten gesmeerd. Dan ging de engel voorbij. Achter die deur bleef ieder leven. Ieder maakte de bevrijding mee. Ieder kon ik vrijheid gaan. Ieder werd gered.

Jezus is ons lam. Hij werd tot bloedens toe geslagen. De striemen stonden op zijn rug. En ook bij de kruisiging zal Hij gebloed hebben. Hij gaf zijn bloed, zijn leven voor ons. Zijn sterven betekent voor ons het leven. Door zijn dood zijn wij, ben jij gered.

Het tweede teken is steen

Lezen: Johannes 20: 1, 2

De steen staat symbool voor afgesloten. Dicht. Het staat voor verdriet, verwarring. Onrust en onzekerheid. Hun Heer is gedood, begraven. Hij ligt achter een steen. Hij die sprak over leven. Hij die genas. Hij die ruimte gaf aan anderen. Hij die niet oordeelde. Hij de goede Herder, de weg de waarheid, het levende brood, het levende water. Je zou nooit meer honger, nooit meer dorst hebben. Hoe moet het verder nu de steen voor het graf ligt?

Dan in de vroege morgen zien de vrouwen tot hun verbazing een opening: de steen is weggerold. Het graf van binnenuit geopend.

Kinderen moesten vragen stellen: waarom doen we dit? Waarom is dit eten belangrijk? Stenen hielpen daarbij. Daar waar het volk de Jordaan was overgestoken, om het land in bezit te nemen, daar ligt een stapel stenen. Meegenomen uit de rivier. Vertel hoe machtig God is. Vertel hoe vol liefde God is. Hij geeft je een plek om te wonen. God is een God, die geneest, die bevrijdt, die ruimte schept. Hij die je angst neemt en er hoop voor teruggeeft. Die je onzekerheid oppakt en je geloof schenkt.

Voor de kerk ligt een kruis. Met stenen met prachtige woorden, over leven, over liefde, geduld, geloof, vriendelijkheid, vrede goedheid, vreugde, zachtmoedigheid en zelfbeheersing. Ieder kon er aan meedoen. Er is bij stilgestaan, gekeken, gelezen. Stenen als teken van opening.

Tijdens het pesachmaal, dat Jezus vierde doopte Hij het brood samen met hem, die hem verraden zou. Ongezuurd brood. Geen tijd om het te laten rijzen. Het moet snel. Als de redding er is, moet je op weg gaan.

Datzelfde brood nam Jezus later. Hij brak het gaf het aan zijn leerlingen en zei: dit is teken van mijn lichaam. En er ging wijn rond. De beker van de dankzegging was aan de beurt. Dat is de vierde beker wijn. God neemt zijn volk aan en zal voor hen God zijn. Die beker gebruikt Jezus om te zeggen: dit is symbool voor mijn bloed. Ik zal jullie redden, door mijn leven te geven. Door te sterven.

Brood en wijn. Brood als het manna in de woestijn. Levensreddend. Brood voedt. Je krijgt er kracht door, je kunt de dag aan. En wijn. Dat werd gebruikt om te genezen. Het zorgt ook voor vreugde en vrolijkheid. Wijn verheugt het hart. Jezus maakt er tekens van zijn lijden en sterven van.

Als laatste teken: water.

Lezen Romeinen 6: 1-5

Blij zullen ze zijn geweest. In de vroege ochtend. De vrijheid tegemoet. Verlost van de slavernij. Verlost van alles dat op hen drukte. Ze laten het oude leven achter zich. Er opent zich een nieuw leven. Met nieuwe kansen. Geschenken dragen ze met zich mee. Snel hebben ze gegeten. Het brood had niet eens de tijd om te rijzen. Het lam was wel geslacht en klaar om te eten.

Opgetogen in een lange rij. Knijp even, is het echt of dromen we? Ja het is echt. Mozes voorop. Een wolk wijst de weg.

Dan opeens paniek. Achter hen een grote stofwolk. Het leger van Egypte komt eraan. Farao voorop. Hij heeft zich een laatste keer bedacht. Toch jammer van die goedkope slaven. Om hen echt te laten gaan. Snel gaan ze voort. Zo snel als kan. Maar dan is daar de zee. Ze kunnen geen kant op. De wolk verschuift. Komt tussen hen en het leger in. Om te beschermen. En dan zorgt God voor een pad waar geen pad is. Dwars door het water. Dwars door de zee.

Toen hebt U God de doop aangeduid. Zoals U het bij Noach ook al hebt gedaan. Noach gered op het water. Hier Israël door het water.

Weet je niet, dat je door je doop met Christus bent begraven? Het is bedoeld om het oude leven achter je te laten. Een leven van slavernij. Slaaf van de zonde. Gebukt onder onderdrukking. Maar Het is niet bedoeld om begraven te blijven. Het is Pasen: het graf is open. De Heer is opgestaan en leeft. Opgestaan in een nieuw leven. Zo wil God ook, dat jij een nieuw leven leeft. Gericht op Hem, zoals Jezus altijd gericht op de Vader is geweest. Elke doopbediening wil je daaraan herinneren.

In het water van de doop

Met de Heer begraven en weer opgestaan,
om voor Hem te leven, Jezus’ weg te gaan.
Uit het water van de doop,
putten wij geloof en hoop,
dat Gods trouw en liefde blijvend is.
Dat Gods trouw en liefde blijvend is.

In zijn lichaam ingelijfd:
Christus’ kerk die wereldwijd,
is geroepen om een beeld van Hem te zijn.
Mensen overal vandaan,
die de weg van Christus gaan,

om vernieuwd voor Hem te leven, vrij te zijn.

Bloed, steen, brood en wijn, water. Symbolen en tekens van leven.

Symbolen en tekens van bevrijding. Het wil je laten nadenken over je redding. En het roept je op het nieuwe leven te leven. Achter Jezus aan. En je weet: je hoeft het niet zelf te doen. God is erbij. Hij gaat voorop en wil beschermend om je heen zijn. Zijn liefde wil je dragen, zijn trouw is om je heen. Gods trouw en liefde is blijvend. Voor eeuwig en altijd.

Zo tilt de Geest van God en de Geest van Jezus ons op naar grote hoogte. Dan word je meer dan je ooit gedacht hebt. Als je staat op de schouders van Jezus. Als je leeft vanuit zijn overwinning. Het is volbracht.